Als fitnesser sport je vaak voor meer spiermassa en weet je waarschijnlijk ook dat een ijzerverrijkte leefstijl goed is voor je gezondheid. Je hoeft echter niet per se naar de sportschool om te werken aan je gezondheid. Zo hebben wandelen en fietsen vele gezonde voordelen. Misschien wil je meer weten over de voordelen van bewegen in het dagelijks leven. Daarom willen we je twee boeken onder de aandacht brengen van auteurs die de uitkomsten van veel wetenschappelijk onderzoek naar bewegen in het dagelijks leven in toegankelijke boeken hebben opgetekend. Het eerste boek is ‘Beweegreden’ van Erwin Colson Thimister (bewegingswetenschapper, gezondheidskundige en arts). Het tweede boek is ‘Te voet’ van de Ierse neurowetenschapper en hoogleraar Shane O’Mara.
Beweegreden
In 2017 verscheen beweegreden van Erwin Colson Thimister. Thimister is bewegingswetenschapper, gezondheidskundige en arts. Thimister werkt nu als docent bij de opleiding voeding en diëtetiek.
Beweegreden bestaat uit 246 pagina’s. Het boek sluit af met de literatuurlijst. De literatuurlijst telt 21 pagina’s en geeft dus blijk van een gedegen onderbouwing. Voor de literatuurlijst zijn twee vragenlijsten te vinden waarmee je handig je activiteitenniveau kunt inschatten. De belangrijkste informatie is te vinden in de 5 hoofdstukken van het boek.
In deze 5 hoofdstukken neemt Thimister je mee in de vele gunstige effecten van bewegen en ongunstige effecten van bewegingsarmoede op onze gezondheid. Ook bespreekt hij de effecten van bewegen op onze evolutionaire ontwikkeling.
Zo bespreekt hij in hoofdstuk 1 dat bewegen onontbeerlijk was om uiteindelijk de intelligentste diersoort op aarde te worden. Des te schrijnender is dat we onze huidige omgeving zo hebben ingericht om zo min mogelijk te bewegen.
In de volgende 3 hoofdstukken beschrijft Thimister in klare taal dat een gebrek aan beweging niet alleen tot overgewicht, maar ook diabetes mellitus type 2, hart- en vaatziekten, Alzheimer en depressies leidt. Vaak worden deze door bewegingsarmoede veroorzaakte ziekten met medicijnen behandeld. Deze medicijnen kunnen allerlei nare bijwerkingen hebben, terwijl de effectiefste behandeling bij deze aandoeningen bewegen is. Meer bewegen heeft als enige bijwerkingen een betere gezondheid en humeur.
In het laatste hoofdstuk gaat de auteur in op de gunstige duurzame effecten van bewegen. Ook geeft Thimister advies hoe je meer kan bewegen, zonder ook maar een stap in de sportschool te zetten.
Beweegreden is een voor de fitnesser en fitnessprofessional praktische vertaling van een indrukwekkende stapel wetenschappelijk onderzoek naar hoe een gebrek aan lichaamsbeweging tot overgewicht, diabetes mellitus type 2 en allerlei andere ernstige ziekten kan leiden en hoe meer lichaamsbeweging een effectief middel is om deze ziekten te voorkomen, of zelfs te genezen.
Thimister is daarbij goed in staat om moeilijke thema’s duidelijk en begrijpelijk uit te leggen, zonder daarbij enige wetenschappelijke grondigheid uit het oog te verliezen.
Het boek is te koop voor nog geen 17 euro. Die lage prijs is terug te zien in afbeeldingen; deze zijn eenvoudig, in zwart-wit gedrukt en soms niet goed leesbaar.
Te voet
Een tijd terug verscheen eveneens een pleidooi voor meer lichaamsbeweging specifiek in de vorm van wandelen met de toepasselijke titel ‘Te voet’. Te voet is geschreven door de Ierse hoogleraar en hersenonderzoeker Shane O’Mara.
Te voet telt 236 pagina’s en heeft eveneens een indrukwekkende literatuurlijst. O’Mara gaat in het 8 hoofdstukken tellende boek met name in op de wisselwerking tussen wandelen en hersenfunctie.
Daarbij gaat hij in het eerste en zesde hoofdstuk met name in op de gunstige effecten van bewegen op onze gezondheid in het algemeen, maar toch vooral op onze hersenfunctie en geestelijke gezondheid. Evenals Thimister, beschrijft ook O’Mara dat bewegen onontbeerlijk is onze evolutionaire ontwikkeling. Hij geeft daarbij bijvoorbeeld aan dat als sommige diersoorten immobiel worden de hersenen letterlijk verschrompelen.
In de hoofdstukken 3 en 4 beschrijft hij hoe complex wandelen is en welke ontwikkeling onze hersenen in onze vroege jeugd moeten doormaken om wandelen mogelijk te maken. Dat wandelen draagt later weer bij aan ons vermogen om onszelf te kunnen oriënteren.
De hoofdstukken 5, 7 en 8 hebben een meer filosofische en beleidsmatige insteek.
O’Mara geeft bijvoorbeeld aan hoe steden beter bewandelbaar kunnen worden, door het EASE-principe te bespreken; waarbij EASE staat voor steden die easy, accessible, safe, enjoyable zijn, oftewel makkelijk, toegankelijk, veilig en plezierig zijn om in te wandelen.
Hoewel ‘Te voet’ over het algemeen eenvoudig te lezen is, gaan sommige passages in het boek best diep en zijn lastig te begrijpen. Daarbij bevat het boek geen enkel figuur, tabel, of afbeelding. Zo is de bespreking van de functionele anatomie van de hersenen al lastig te begrijpen en de afwezigheid van afbeeldingen maakt dat er niet makkelijker op.
Ook zijn er bij de Nederlandse vertaling van het oorspronkelijk Engelstalige boek nogal wat vertaalfoutjes ingeslopen.
Te voet is voor net geen 23 euro te koop. Te voet is een interessant pleidooi voor meer wandelen. Het is echter allesbehalve een praktische gids over hoe je meer wandelen in je dagelijks leven kunt inbouwen.