Knieklachten; pijn aan de knie

Knieklachten komen veel voor. De belangrijkste klacht bij knieklachten is vaak pijn. Daarnaast kunnen er verschillende klachten voor komen bij knieklachten zoals zwelling, slotklachten en instabiliteit. Knieklachten kunnen acuut optreden of chronisch aanwezig zijn. Een voorbeeld van chronische knieklachten zijn de klachten bij artrose van de knie. In dit artikel worden de klachten van de knie besproken.

Kniepijn

Pijn aan de knie kan verschillende oorzaken hebben. De pijn kan acuut ontstaan en kan chronisch aanwezig zijn.

Acute pijn aan de knie

Acute pijn aan de knie kan meerderen oorzaken hebben. Het is niet altijd makkelijk om de oorzaak direct te vinden, zeker niet wanneer de knie fors gezwollen is. Acute zwelling van de knie duidt meestal op een beschadiging van de knie of een ontsteking van de knie. Pijn in de knie kan veroorzaakt worden door overrekking van het gewrichtskapsel. De pijn die hierbij ontstaat, kan herkend worden als een soort “bandgevoel”. Acute kniepijn kan in principe van bijna elk beschadigd onderdeel van de knie uitgaan. Wanneer de lokatie van de pijn duidelijk aangegeven kan worden, kan dit helpen de oorzaak van de knieklachten te vinden. Wanneer er letsel is van de kruisbanden, wordt dit bij lichamelijk onderzoek niet altijd met pijn aangegeven. Letsel aan de kruisbanden heeft meestal een bloedige zwelling (heamartros) tot gevolg.

Chronische pijn aan de knie

Chronische pijnklachten van de knie kunnen ook verschillende oorzaken hebben. Een veel voorkomende oorzaak van chronische pijn aan de knie, is artrose. Hierbij is er slijtage van de knie opgetreden. De laag kraakbeen in de knie is minder elastisch en dunner is geworden. Artrose kan niet meer herstellen. Voldoende bewegen en afvallen wanneer er sprake is van overgewicht kan wel de klachten verminderen. Andere oorzaken voor chronische knieklachten kunnen “referred pain” zijn. Reffered pain wil zeggen dat de oorzaak van de pijn niet in de knie ligt maar daar wel gevoeld wordt. Dit ziet men bijvoorbeeld bij artrose van de heup, ook wel coxartrose genoemd. Ontsteking van de pezen rondom de knie kunnen ook chronische klachten veroorzaken. Bekende peesontstekingen (tendinitis) rondom de knie zijn het tractus iliotibialis frictiesyndroom (runners knee), tendinitis van de quadricepspees (jumpers knee), tendinitis van de hamstringpezen. Tendinitis heeft meestal een goede prognose. Een fysiotherapeut kan goede, gerichte adviezen geven.

Slotklachten van de knie

Slotklachten van de knie kunnen verschillende oorzaken hebben. Hieronder volgt een overzicht met de oorzaken van slotklachten van de knie.

Onregelmatigheden van het kraakbeen van de knie kunnen op verschillende plaatsen in de knie voorkomen. Het kraakbeen tussen het dijbeen (de femur) en het scheenbeen (de tibia) kan onregelmatig zijn en het kraakbeen wat achter de knieschijf (de patella) is gelegen kan onregelmatig zijn.

Een meniscuslaesie is een laesie van de meniscus. De menisci zijn verdikte schijven/ringen die bovenop het scheenbeen liggen. Wanneer de meniscus gescheurd is, kan er een stukje meniscus loshangen en tussen scheenbeen en dijbeen komen.  Een corpus liberum is een partikel wat “tussen” de knie kan gaan zitten waardoor de knie op slot kan springen. Dit partikel kan bijvoorbeeld een botsplinter zijn of een stukje van een afgescheurde meniscus (knieschijf).

Het ontstaan van de slotklachten werkt bij alle drie de oorzaken volgens hetzelfde mechanisme. De blokkering van de knie treedt op doordat er een structuur tussen de gewrichtsvlakken van de knie komt te zitten. Deze structuur blokkeert de bewegelijkheid van de knie. Soms kan het zo zijn dat patiënten de blokkering zelf kunnen opheffen door bepaalde bewegingen met het been te maken. Vaak is operatief ingrijpen nodig om genoemde afwijkingen op te heffen.

Instabiliteit van de knie

Instabiliteit van de knie wil zeggen dat er een abnormale bewegelijkheid is van de knie. Instabiliteit van de knie wordt meestal gezien na een trauma. Het kan verschillende oorzaken hebben. Hieronder volgt een overzicht:

  • Insufficiëntie van de musculus quadriceps (bovenbeenspier); de quadriceps is niet krachtig/sterk genoeg om het onderbeen goed in lijn van het bovenbeen te houden.
  • Insufficiëntie van de banden van de knie (kruisbanden, collaterale banden); de banden rondom de knie zijn niet strak genoeg om het been goed in lijn te houden.
  • Insufficiëntie van het kapsel van de knie
  • Fractuur

Wanneer er lange tijd sprake is van instabiliteit leidt dit vaak tot kraakbeenbeschadigingen.

Bronnen:

H. de Vries, de Jongh, TOH, Grundmeijer, HGLM, Diagnostiek van alledaagse klachten (2003), Bohn Stafleu van Loghum, houten

EH van de Lisdonk, van den Bosch, WJHM, Lagro-Janssen, ALM, Ziekten in de huisartspraktijk (2003), Elsevier gezondheidszorg, Maarssen