Mineralen en spoorelementen zijn micronutriënten. Mineralen en spoorelementen leveren geen energie, maar hebben belangrijke functies in het lichaam. Van mineralen is de aanbevolen dagelijkse behoefte (ADH) hoger dan van spoorelementen. Calcium en natrium zijn bekende mineralen. IJzer is een bekend spoorelement. De behoefte aan mineralen en spoorelementen is bij sporters en actieve mensen niet verhoogd. Wel hebben sommige sporters een verhoogd risico op een tekort aan bepaalde mineralen en spoorelementen.
Wat zijn mineralen en spoorelementen
Mineralen en spoorelementen zijn net als vitamines micronutriënten. Micronutriënten zijn voedingsstoffen die het lichaam in een kleine hoeveelheid nodig heeft. Waar vitamines organische stoffen zijn, zijn mineralen en spoorelementen anorganische stoffen.
De anorganische micronutriënten kunnen onderverdeeld worden in mineralen en spoorelementen. Van mineralen is de aanbevolen dagelijkse behoefte (ADH) hoger dan 100 milligram (mg) dag. Van de spoorelementen is de ADH lager dan 100 mg per dag.
De volgende stoffen worden geclassificeerd als mineralen:
- Magnesium (Mg)
- Chloride (Cl)
- Natrium (Na)
- Kalium (K)
- Calcium (Ca)
- Fosfor (P)
- Zwavel (S)
De volgende stoffen worden geclassificeerd als spoorelementen:
- Seleen, of selenium (Se)
- IJzer (Fe)
- Fluor, of fluoride (F)
- Zink (Zn)
- Koper (Cu)
- Jood, of jodium (I)
- Chroom (Cr)
Functies van mineralen en spoorelementen
Mineralen en spoorelementen hebben vele functies in het lichaam. Elk mineraal en spoorelement heeft een specifieke functie, of een aantal specifieke functies. Hieronder wordt ingegaan op de algemene functies van mineralen en spoorelementen en niet op elke specifieke functie van elk mineraal, of spoorelement. De functies van mineralen en spoorelementen zijn:
- Mineralen en spoorelementen kunnen onderdeel zijn van enzymen (ijzer van het enzym cytochroom c)
- Mineralen en spoorelementen kunnen onderdeel zijn van hormonen (zwavel van het hormoon insuline)
- Mineralen en spoorelementen kunnen onderdeel zijn van sommige vitamines
- Mineralen en spoorelementen geven structuur aan bepaalde weefsels (calcium is een onderdeel van beenderen)
- Mineralen en spoorelementen beïnvloeden het metabolisme van het lichaam (jodium verhoogt de stofwisseling)
Biobeschikbaarheid van mineralen en spoorelementen
Hoewel een gezonde verantwoorde voeding voldoende mineralen en spoorelementen bevat, wordt niet elk mineraal en spoorelement even goed door het spijsverteringsstelsel opgenomen. Ook kan de opname van een mineraal, of spoorelement beïnvloed worden. Wanneer de behoefte bijvoorbeeld verhoogd is van een bepaald mineraal, of spoorelement, kan het spijsverteringsstelsel het mineraal, of spoorelement beter opnemen. De onderstaande factoren beïnvloeden de biobeschikbaarheid van mineralen en spoorelementen:
- Voedingsvezels remmen de opname van bepaalde mineralen en spoorelementen, bijvoorbeeld de opname van ijzer wordt geremd door de fytaten aanwezig in voedingsvezel
- De interactie tussen bepaalde vitamines en mineralen en spoorelementen. Vitamine C stimuleert bijvoorbeeld de opname van ijzer in het spijsverteringsstelsel
- De interactie tussen de verschillende mineralen en spoorelementen. Fosfor remt bijvoorbeeld de opname van calcium in het spijsverteringsstelsel
- Het soort voedsel beïnvloedt de opname van mineralen en spoorelementen. Zo wordt ijzer uit vlees beter opgenomen, dan uit plantaardige producten
Mineralen, spoorelementen en sporten
De behoefte aan mineralen en spoorelementen is bij sporters en actieve mensen niet verhoogd. Op sommige mineralen en spoorelementen moet de sporter, of actieve mens extra alert zijn om voldoende binnen te krijgen. Deze mineralen en spoorelementen zijn met name calcium en ijzer. Sporters die veel binnen sporten, worden onvoldoende blootgesteld aan zonlicht waardoor zij minder vitamine D in de huid maken. Vitamine D is nodig om calcium op te nemen in de darm. Wanneer de opname van calcium niet optimaal is, is het risico op het ontwikkelen van botontkalking (osteoporose) verhoogd. Mensen die veel binnen sporten (of zijn), moeten extra vitamine D slikken om de opname van calcium te garanderen.
Duursporters en met name vrouwelijke hardlopers die geen vlees, gevogelte, of vis eten hebben een verhoogd risico op een ijzertekort, waardoor zij een hoger risico op het ontwikkelen van bloedarmoede (anemie) hebben.
Bronnen:
William D. McArdle, Victor L. Katch, & Frank I. Katch (2014) Exercise Physiology, Nutrition, Energy, and Human Performance, LWW Philadelphia