Oorzaak van keelpijn
Waar komt keelpijn vandaan? De meest voorkomende oorzaak van keelpijn is een ontsteking. Door deze ontsteking vindt er zwelling plaats van het slijmvlies in de keel, dit gezwollen slijmvlies kan pijnlijk zijn. Je kunt je voorstellen dat je daar last van kunt hebben bij slikken en bij eten en drinken. Keelpijn is meestal een kortdurende klacht. Het is een klacht die voor veel hinder kan zorgen. Naast keelpijn kunnen mensen ook koorts en algemene ziekteverschijnselen hebben, wat de klacht nog hinderlijker kan maken. Wanneer er sprake is van een peritonsillair abces, dit is een abces in de keelamandelen, kan er nog een ander symptoom optreden naast de keelpijn. Dit symptoom is trismus. Trismus wil zeggen dat men de mond niet meer of met moeite kan openen.
Oorzaken van keelpijn
Zoals hierboven al genoemd, wordt keelpijn bijna altijd veroorzaakt door een ontsteking. Deze ontsteking bevindt zicht dan in het keelslijmvlies en in de keelamandelen, de tonsillen. Deze ontsteking kan door verschillende ziekteverwekkers worden veroorzaakt. Deze verwekkers kun je grofweg in twee groepen indelen, namelijk de virale verwekkers en de bacteriële verwekkers.
Virus en keelpijn
Virale infecties van de keel, treden meestal op bij een bovenste luchtweginfectie. Wanneer dit het geval is kun je dit herkennen doordat er naast de keelpijn ook klachten van hoesten neusverkoudheid zijn. Er kan ook sprake zijn van een virale keelinfectie zonder dat daarnaast een bovenste luchtweginfectie aanwezig is. De meest voorkomende virussen die keelpijn kunnen veroorzaken zijn; het rhinovirus en het adenovirus.
Een aparte vorm van keelpijn veroorzaakt door een virus, is de keelpijn die veroorzaakt wordt door het Epstein-Barr-virus. Dit virus wordt ook wel de ziekte van Pfeiffer genoemd. Het virus veroorzaakt mononucleosis infectiosa. Bij de ziekte van Pfeiffer komen er naast de keelpijn nog andere klachten voor. De ziekte begint met acute keelpijn, waarbij meestal ook sprake is van forse koorts, gezwollen lymfeklieren in de hals en exudaat ik de keel. Na enige tijd, meestal pas na een week, ziet men een gegeneraliseerde lymfadenopathie (zwelling lymfeklieren). Daarnaast kan men ook een vergrote lever en milt hebben. Na enige tijd kan er een moeheid optreden die enkele weken tot maanden kan duren. De ziekte van Pfeiffer komt het meeste voor oudere kinderen en adolescenten (jong volwassenen). De moeheid klachten worden het meest gezien bij adolescenten.
Bacteriële infecties en keelpijn
Bacteriële infecties van de keel kunnen ook keelpijn veroorzaken. De meest voorkomende bacteriële verwekkers van keelpijn zijn; de bètahemolytische streprokok, Haemophilus influenza en de Staphylococcus aureus. Zoals hierboven ook al genoemd kan bij een bacteriële keelinfectie ook een peritonsillair abces optreden. Wat in dit geval gebeurt, is dat de infectie niet beperkt blijft tot het keelslijmvlies en de keelamandelen, maar dat de infectie zich uitbreidt achter en rond de keelamandel wat zich tot een infiltraat of een abces kan vormen. Dit verschijnsel komt meestal voor aan een keelamandel, dus niet aan beide kanten. De patiënt kan een trismus hebben, wat wil zeggen dat de mond niet goed geopend kan worden en is meestal flink ziek.
De behandeling van keelpijn
Keelpijn behoeft meestal geen behandeling omdat het vaak een self-limiting ziekte is, wat wil zeggen dat de ziekte vanzelf over gaat. Verder is het zo dat veel keelklachten veroorzaakt worden door een virale infectie. Antibiotica helpen niet bij virale infecties, ze helpen alleen tegen bacteriën. Het heeft bij een virale infectie geen zin om antibiotica te gebruiken. Meestal worden de klachten na enkele dagen al minder. Wanneer er veel hinder van de keelpijn wordt ondervonden kan er wel pijnstilling genomen worden. Meestal is paracetamol voldoende om de pijnklachten te doen verminderen naar een acceptabel niveau. Er wordt wel antibiotica gegeven wanneer er aanwijzingen zijn voor een bacteriële infectie en men langdurig klachten heeft. Ook bij een peritonsillair abces zal antibiotica voorgeschreven worden en kan het zo zijn dat het abces geïncideerd moet worden.
Bronnen:
H. de Vries, de Jongh, TOH, Grundmeijer, HGLM, Diagnostiek van alledaagse klachten (2003), Bohn Stafleu van Loghum, houten
EH van de Lisdonk, van den Bosch, WJHM, Lagro-Janssen, ALM, Ziekten in de huisartspraktijk (2003), Elsevier gezondheidszorg, Maarssen