Gestratificeerd epitheelweefsel bestaat uit twee of meer cellagen. De diepe cellagen delen en vervangen de oude oppervlakkige (=apicale) cellagen. Gestratificeerd epitheelweefsel is veel sterker, dan simpel epitheelweefsel. De belangrijkste functie van gestratificeerd epitheelweefsel is logischerwijs bescherming.
Gestratificeerd plat epitheelweefsel
Gestratificeerd plat epitheelweefsel is het meest voorkomende gestratificeerde epitheelweefsel in het menselijke lichaam. Gestratificeerd epitheelweefsel bestaat uit meerdere cellagen. De meest oppervlakkige cellaag bestaat meestal uit platte epitheelcellen. De dieper gelegen epitheelcellen zijn meestal van het cuboide of columnaire type. Dit type epitheelweefsel is uitermate sterk en dus zeer geschikt voor bescherming. De oppervlakkige cellen zijn constant onderhevig aan slijtage en worden vervangen door delende basale epitheelcellen. Dit epitheelweefsel vindt men in de huid en dringt een klein beetje lichaamsholten binnen. De meest oppervlakkige cellaag van de huid verhoornt en bevat veel keratine. De huid is het enige epitheelweefsel wat keratine bevat. De oppervlakkige cellaag atrofieert snel. Dit komt omdat epitheelweefsel afhankelijk is van diffusie, om te kunnen voorzien in voedingsstoffen. Voedingsstoffen moeten dus een grotere afstand overbruggen om bij de oppervlakkige cellen te kunnen. Deze cellen krijgen dus minder voedingsstoffen aangeboden en sterven eerder af.
Gestratificeerd cuboid en columnair epitheelweefsel
Gestratificeerd cuboid epitheelweefsel komt weinig voor in het lichaam. Het is te vinden in uitgangen van sommige klieren. Het bestaat uit twee cellagen.Gestratificeerd columnair epitheelweefsel komt ook weinig in het lichaam voor. In het strottenhoofd komt het voor en in de urinebuis (urethra) van de man. Dit type epitheelweefsel vormt ook vaak het overgangsweefsel tussen twee verschillende typen weefsels.
Transitioneel epitheelweefsel
Transitioneel epitheelweefsel vormt de buitenste cellaag van organen waar urine door heen stroomt. Deze organen rekken wanneer ze gevuld worden met urine. De basale cellaag bestaat uit cuboide of columnaire cellen. De apicale cellen kunnen zeer sterk van elkaar verschillen, afhankelijk van de mate van rek die ervan gevraagd wordt. Wanneer het orgaan wordt gerekt, vlakken 6 cellagen uit tot 3 cellagen. De apicale cellen krijgen hierdoor een meer plat uiterlijk. Doordat de blaas bijvoorbeeld zeer veel epitheelcellen van het transitioneel type bevat is het zeer goed in staat te rekken en grote hoeveelheden urine op te slaan.
Bronnen:
GA Thibodeau, Patton KT 2007, Anatomy & Physiology, Mosby/Elsevier
EN Marieb, Hoehn K 2007, Human Anatomy & Physiology, Pearson/Benjamin Cummings