Het lichaam heeft enkele zeer krachtige systemen die op korte termijn de bloeddruk kunnen beïnvloeden. Deze systemen hebben echter een korte werkingsduur. De nieren daarentegen beïnvloeden de bloeddruk op lange termijn. De systemen die de nieren hebben om de bloeddruk te reguleren zijn zeer krachtig en houden lang aan. Het systeem van de nieren wat de bloeddruk op lange termijn verhoogt heet het Renine-Angiotensine-Aldosteron-Systeem (RAAS). Het beginpunt van het RAAS ligt in het nefron. Het nefron is de functionele eenheid van de nier.
Om het RAAS beter te begrijpen is handig om eerst het artikel Urinewegstelsel; anatomie en fysiologie van het nefron te lezen. In dit artikel wordt gedetailleerde informatie gegeven over de bouw en werking van het nefron.
Het RAAS
Het RAAS begint met renine
In de nefronen zit een structuur die de bloeddruk in de afferente arteriolen (aanvoerende kleine slagaders in de glomerulus) registreert. Deze structuur heet het juxtaglomerulair apparaat (of juxtaglomerulair complex). Het juxtaglomerulair apparaat (afgekort JGA) bestaat uit de macula densa en cellen van de distale tubulus. Wanneer de bloeddruk te laag wordt, maakt het juxtaglomerulair apparaat meer renine aan. Wanneer de bloeddruk te hoog wordt maakt het juxtaglomerulair apparaat minder renine aan. Renine verhoogt de bloeddruk op verschillende manieren.
Renine zet angiotensinogeen om in angiotensine I
Renine verhoogt de bloeddruk op verschillende manieren. In de eerste plaats zorgt het enzym renine voor de omzetting van het bloedplasma-eiwit angiotensinogeen in angiotensine I. De endotheelcellen van de longvaten zetten met behulp van angiotensin converting enzyme (ACE) angiotensine I om in angiotensine II. Angiotensine II stimuleert vasoconstrictie waardoor de bloeddruk toeneemt. Daarnaast stimuleert angiotensine II de vorming van het hormoon aldosteron door de bijnierschors. Ook stimuleert angiotensine II de aanmaak van antidiuretisch hormoon (ADH) door de hypothalamus.
Aldosteron verhoogt de bloeddruk
Aldosteron is een mineralcorticoid wat door de bijnierschors (cortex) wordt gemaakt. Aldosteron stimuleert in de distale tubulus van het nefron en de verzamelbuis de terugresorptie van natrium. Doordat natrium wordt gereabsorbeerd, ontstaat er een concentratiegradiënt waardoor ook water in de distale tubulus en verzamelbuis wordt gereabsorbeerd. Doordat meer water wordt gereabsorbeerd, stijgt de bloeddruk. Verder stimuleert aldosteron het dorstgevoel. Wanneer het dorstgevoel toeneemt, zal bij beschikbaarheid van vocht meer worden gedronken. Door de vochtinname neemt het plasmavolume en vervolgens de vullingsgraad en bloeddruk toe.
ADH stimuleert de terugresorptie van water in de nier
ADH wordt gemaakt in de hypothalamus en opgeslagen in de hypofyse-achterkwab (neurohypofyse). ADH is een neuropeptide (een neurotransmitter die uit aminozuren bestaat). ADH stimuleert in de distale tubulus van het nefron en in de verzamelbuis de terugresorptie van water. Doordat water wordt gereabsorbeerd, zal de vullingsgraad en daardoor de bloeddruk toenemen
Tot slot
Het lichaam heeft verschillende regelsystemen om de bloeddruk te beïnvloeden. De baro- en chemoreceptoren registreren plotse schommelingen van de bloeddruk en natriumconcentratie van het bloed en beïnvloeden de bloeddruk zeer krachtig op korte termijn, maar hebben geen invloed op de bloeddruk op lange termijn. Het RAAS heeft weinig invloed op de bloeddrukregulatie op korte termijn, maar beïnvloedt zeer krachtig de bloeddruk op lange termijn.
Bronnen:
JE. Hall, 2013, Pocket Companion to Textbook of Medical Physiology, Elsevier Inc
GA Thibodeau, Patton KT 2012, Anatomy & Physiology, Mosby/Elsevier
EN Marieb, Hoehn K 2012, Human Anatomy & Physiology, Pearson/Benjamin Cummings