Mensen maken vaak ingrijpende en indrukwekkende gebeurtenissen mee in hun leven. Deze gebeurtenissen kunnen positief en negatief zijn. Positieve gebeurtenissen zijn bijvoorbeeld huwelijk en de geboorte van een kind. Negatieve gebeurtenissen zijn bijvoorbeeld overlijden van een dierbare en ziekte. De mens is bijzonder goed in staat om zich aan te passen aan een nieuwe situatie. Soms lukt dat niet en wordt gesproken van een aanpassingsstoornis (burn-out, overspannen, overstressed).
Soms wordt een aanpassingsstoornis ook wel overspannenheid genoemd. Ook wordt een aanpassingsstoornis overstressed, stressed over burn-out genoemd. Wanneer de stress groter is, dan de patiënt tijdelijk aan kan, kan een aanpassingsstoornis optreden.
Wat zijn de oorzaken van een aanpassingsstoornis?
Een aanpassingsstoornis kan veroorzaakt worden door een situatie die stress veroorzaakt. In principe kan iedereen dus een aanpassingsstoornis krijgen wanneer er maar lang genoegd sprake is van te veel stress. Deze stress kan veroorzaakt worden door zowel positieve, als negatieve gebeurtenissen. Deze gebeurtenissen worden ook wel stressoren genoemd. Deze gebeurtenissen zijn vaak ingrijpend en indrukwekkend. Positieve indrukwekkende gebeurtenissen zijn bijvoorbeeld:
- Huwelijk
- Geboorte kind
- Gaan samenwonen
- Nieuwe baan
Negatieve indrukwekkende gebeurtenissen zijn bijvoorbeeld:
- Overlijden van een dierbare
- Ziekte van partner of kind
- Ziekte van de patient zelf
- Scheiding
Soms lukt het niet om een ingrijpende gebeurtenis het hoofd te bieden. Dit kan doordat de patiënt zich hulpeloos kan voelen, negatief tegen de nieuwe situatie aankijkt en/of zichzelf onderschat. Ook de nieuwe situatie de zoveelste ingrijpende gebeurtenis zijn en is het de spreekwoordelijke druppel die de emmer doet overlopen.
Wat zijn symptomen van een aanpassingsstoornis?
Een aanpassingsstoornis is onder te verdelen in verschillende subtypes. Een aanpassingsstoornis is onder te verdelen in een aanpassingsstoornis met depressieve stemming, een aanpassingsstoornis met angstige stemming en een aanpassingsstoornis met een stoornis in gedrag. Ook komen aanpassingsstoornissen met mengvormen van bovengenoemde subtypen voor. De subtypen worden kort beschreven.
Aanpassingsstoornis met depressieve stemming
Een aanpassingsstoornis met depressieve stemming kenmerkt zich door gevoelens van lusteloosheid, gebrek aan eetlust, huilbuien, vermoeidheid, verlies van interesse.
Aanpassingsstoornis met angstige stemming
Een aanpassingsstoornis met angstige stemming kenmerkt zich door angstgevoelens. Symptomen zijn zenuwachtigheid, rusteloosheid en ongerustheid.
Aanpassingsstoornis met stoornis in gedrag
Een aanpassingsstoornis met stoornis in gedrag kenmerkt zich door het overtreden van normen en waarden van dierbaren, collega’s etc… om de patiënt. Ook worden wetten overtreden, door bijvoorbeeld hard rijden. Het overtreden van normen, waarden en wetten past niet bij de patiënt. De patiënt laat dus duidelijk ander gedrag zien. Ook kan het zijn dat het de patiënt niet meer lukt om aan de eisen van het werk te voldoen.
Wat is de prognose van een aanpassingsstoornis?
Over de prognose van een aanpassingsstoornis zijn de meningen verdeeld. Dertig tot 95% van de mensen met een aanpassingsstoornis herstelt van een aanpassingsstoornis. De prognose hangt sterk af van de begeleiding, de persoonlijkheid van de patiënt, soort problematiek en de aanwezigheid van andere stressoren. Met een goede behandeling door psycholoog, psychiater en/of psychotherapeut kan rond de 80% binnen zes maanden herstel van een aanpassingsstoornis optreden. Wanneer de patiënt actief meewerkt aan de therapie zal sneller en beter herstel optreden van een aanpassingsstoornis optreden.
Behandeling bij een aanpassingsstoornis?
De prognose van een aanpassingsstoornis is sterk afhankelijk van de begeleiding. Met name cognitieve gedragstherapie lijkt goede resultaten te geven bij een aanpassingsstoornis. Bij cognitieve gedragstherapie wordt gedacht dat psychische klachten het gevolg zijn van hoe de patiënt informatie selecteert en verwerkt. De patiënt wordt gestimuleerd om te kijken of de ideeën de patiënt heeft, overeen komen met de werkelijkheid. Verder kan binnen de cognitieve gedragstherapie onder andere aandacht worden besteed aan dagindeling, ontspanningsoefeningen, leefstijl, assertiviteit en conflicthantering.
Bronnen:
nl.wikipedia.org
www.dokterdokter.nl
www.morpheus-emotionele-bevrijding.com
web.inter.nl.net
www.hulpgids.nl
www.seniorennet.nl
www.ccgt.nl