Riboflavine, Vitamine B2

Riboflavine oftewel vitamine B2 wordt een wateroplosbaar vitamine genoemd. Het is echter niet goed oplosbaar in water. Vitamine is nog slechter oplosbaar in de organische vloeistoffen. Riboflavine (flavine betekent geel) heeft een gelige kleur. Net zoals thiamine is riboflavine betrokken bij het vrijmaken van energie door de cel.

In welke producten zit riboflavine (vitamine B2)?

Riboflavine komt met name voor in dierlijke producten zoals melk, eieren en vlees. Het komt echter ook voor in de plantaardige producten zoals spinazie en andere bladgroenten.

Opname, uitscheiding en functie van Riboflavine (Vitamine B2)?

Riboflavine is een wateroplosbaar vitamine. Riboflavine is een vitamine van het Vitamine B-complex. Het Vitamine B-complex bestaat uit acht vitamines. De opname van riboflavine geschied met name op passieve wijze. In sommige organen (lever, nieren en hart) wordt riboflavine opgeslagen als twee coenzymen (FAD en FMN) die betrokken zijn bij de energievrijmaking van de cel. Riboflavine wordt met de urine uitgescheiden.

Wat is de Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid (ADH) van riboflavine (Vitamine B2)?

De ADH van Riboflavine is gekoppeld aan de energie-inname. Wanneer veel energie (kcalorieën)  wordt ingenomen, is veel riboflavine nodig. De ADH voor riboflavine is 1,3mg per dag voor mannen en 1,1mg per dag voor vrouwen. Mensen met een hoge groeisnelheid en mensen die veel fysieke arbeid (hard werken, veel sporten) leveren, hebben meer riboflavine nodig.

Wat zijn gevolgen van een te hoge of te lage riboflavine (Vitamine B2) inname?

Bij tekorten aan riboflavine ontstaan afwijkingen aan ogen en huid. Aan de lippen is dit snel te zijn. Er zijn dan ingescheurde mondhoeken zichtbaar. Ook afwijkingen aan de rode bloedcellen kunnen ontstaan: normochromo, normocytaire, aplastische anemie. Afwijkingen kunnen ontstaan door een tekort in de voeding en door absorptiestoornissen (darmontsteking, weinig uitscheiding van pancreasenzymen). Er zijn nooit toxische effecten van overdosering gedocumenteerd. Er geldt echter wel een bovengrens voor de inname van Riboflavine en hoge inname middels supplementen wordt niet aangeraden.

Bronnen:

JF de Wijn, Hekkens, WTJM,. (1994) Fysiologie van de voeding, Bohn Stafleu en Van Loghum, Houten/Zaventum

JE. Hall, 2006, Pocket Companion to Textbook of Medical Physiology,  Elsevier Inc

E. Whitney, Rolfes, SR,. (2008) Understanding Nutrition, Wadsworth