Low-carb dieten zijn hot. En als je low-carb gaat, dan moet je in plaats van koolhydraathoudende producten iets anders gaan eten. Op het moment dat we koolhydraatrijke voedingsmiddelen schrappen uit ons voedingspatroon, worden deze voedingsmiddelen dan ook soms vervangen door vette vis, eieren, kaas en vet vlees. Voordeel van het consumeren van veel eieren, kaas en vet vlees is dat deze voedingsmiddelen veel cholesterol bevat. En dat voedingscholesterol is een perfecte bron voor de testosteronaanmaak en dat testosteron is dan weer nodig voor de opbouw van spiermassa. Dus grote hoeveelheden dierlijke vette producten consumeren, verhoogt de hoeveelheid cholesterol in je bloed en dat leidt weer tot hoge testosteronspiegels en dat leidt weer tot flinke spieraanwas. Klinkt goed. Maar wat zegt de wetenschap eigenlijk? Gelukkig geeft de door Gomes en collega’s uitgevoerde studie samen met een aantal andere studies duidelijkheid over de relatie tussen cholesterol in je voeding en testosteronspiegels en vervolgens het mogelijke effect op spiergroei.
Wat hebben de onderzoekers gedaan en wat waren de belangrijkste resultaten?
Gomes analyseerde de relatie tussen de inname van cholesterol, de hoogte van cholesterol in het bloed en testosteronspiegels van 1996 mannen tussen de 20 en 80 jaar. Op basis van de dagelijkse cholesterolinname werden de deelnemers verdeeld in 5 groepen (varierend van een lage tot hoge cholesterolinname). Het bleek dat bij de groepen met de hogere voedingscholesterolinname de testosteronspiegels niet hoger waren.
Ook verdeelde Gomes de deelnemers op basis van het cholesterolgehalte van het bloed (dus niet het voedingscholesterol) en zette dat af tegen de testosteronspiegels. Ook hier vond Gomes geen relatie tussen het cholesterolgehalte van het bloed en testosteronspiegels.
Cholesterol in het bloed en testosteron
We kunnen dus voorzichtig concluderen dat er geen relatie is tussen het consumeren van voedingscholesterol en onze testosteronspiegels. Dat betekent echter niet automatisch dat hetgeen we eten geen invloed heeft op onze testosteronspiegels. Integendeel. Hetgeen we consumeren, heeft wel degelijk invloed op onze testosteronspiegels. Het is 100% waar dat cholesterol nodig is voor de aanmaak van testosteron. Maar waar komt dat cholesterol vandaan? Daarvoor is een snelcursus biochemie 1-0-1 nodig. Het cholesterol dat het lichaam maakt, is maar voor een heel klein deel afkomstig van voedingscholesterol. Vrijwel alle lichaamscellen kunnen cholesterol maken uit acetyl-CoA. En waar komt dat acetyl-CoA vandaan? Juist, uit de afbraak van koolhydraten, vetten, aminozuren en ketonen. Vooral sommige verzadigde vetzuren zijn erg sterk in het verhogen van het cholesterolgehalte van het bloed. Waarom verzadigde vetzuren met name het cholesterolgehalte sterk kunnen verhogen, is nog niet helemaal duidelijk.
Voeding en testosteronspiegels
Nu wordt ook duidelijk dat diëten met veel verzadigd vet het cholesterolgehalte van het bloed verhogen. Dat wil echter niet zeggen dat hoge cholesterolspiegels van het bloed tot hoge testosteronspiegels leiden, maar dat hebben we hierboven al beschreven.
Verder wanneer je al te sterk je vet-, koolhydraat– en vooral je energie-inname beperkt leidt dit tot een daling van je testosteronspiegels. Calorieëncrashen zorgt dus voor een nose dive van je testosteronspiegels.
Testosteron en spiergroei
Daarnaast lijken fysiologische (dus normale spiegels) testosteronspiegels weinig invloed te hebben op de mate van spiergroei. Zo laten bijvoorbeeld vrouwen na 16 weken krachttraining bijvoorbeeld dezelfde relatieve (procentuele) toename in spiermassa zien als mannen, terwijl hun testosteronspiegels 10 keer lager zijn.
Voedingscholesterol en spiergroei
Ondanks dat voedingscholesterol geen rol speelt in het verhogen van de testosteronspiegels, lijken er wel aanwijzingen te zijn dat voedingscholesterol MOGELIJK spierhypertrofie kan stimuleren. Zo toonde bijvoorbeeld onderzoek aan dat het consumeren van eieren (eieren zijn rijk aan cholesterol) spiereiwitsynthese meer stimuleerde dan het consumeren van alleen ei-eiwitten, terwijl de totale eiwitinname hetzelfde was. Het is echter onduidelijk of eieren spiereiwitsynthese meer stimuleren dan ei-eiwitten door het cholesterol dat erin zit, of omdat er andere stoffen in eieren zitten die spiereiwitsynthese stimuleren in vergelijking met ei-eiwitten.
Hoe dan ook voedingscholesterol is niet essentieel voor spierhypertrofie. Immers als voedingscholesterol essentieel is voor spierhypertrofie dan zouden omnivore diëten spierhypertrofie meer moeten stimuleren dan veganistische diëten (veganistische diëten bevatten namelijk geen cholesterol). Echter veganistische diëten stimuleren spiereiwitsynthese en spiergroei in dezelfde mate bij krachtsporters als omnivore diëten, zolang de dagelijkse eiwitinname voldoende is (meer dan 1,6 g/kg/dag).
Kortom volledig cholesterolvrije diëten lijken prima spiergroei te stimuleren, terwijl het onduidelijk is wat het spiergroeistimulerende potentieel is van dieten rijk aan cholesterol. Wil je dus spiergroei stimuleren, dan hoef je niet over te schakelen op een dieet rijk aan voedingscholesterol. Wel moet je aan krachttraining doen en een volwaardig verantwoord voedingspatroon dat voorziet in voldoende eiwitten en energie consumeren.