Inspanningsfysiologie; anaeroob alactisch energiesysteem; ATP-CP-systeem

Alle energie die het lichaam nodig heeft wordt geleverd door de splitsing van adenosinetrifosfaat (ATP) in adenosinedifosfaat (ADP) en fosfaat (P). De spieren hebben ook ATP nodig. Wanneer de spieren sneller en krachtiger samentrekken, hebben ze meer ATP nodig. Er ligt een kleine hoeveelheid ATP in de spieren opgeslagen om vier tot acht seconden zeer intensief te kunnen bewegen. Er ligt in de spieren ook een kleine hoeveelheid creatinefosfaat (CrP). Deze CrP levert energie om ATP weer terug te vormen uit ADP en P. Door gebruik van het voedingssupplement Creatinemonohydraat kan de hoeveelheid CrP in de spier vergroot worden. Er bestaan twee doseringsprotocollen van Creatinemonohydraat. Bijwerkingen van Creatinemonohydraat zijn spierkrampen en gewichtstoename. Cafeïnehoudende producten (koffie, thee, red bull, monster, bullit, chocolade en cola) doet de werking van Creatinemonohydraat geheel teniet.

Voor bewegen is energie in de vorm van adenosinetrifosfaat (ATP) nodig
Alle cellen van het lichaam, dus ook de spiercellen hebben energie nodig. Deze energie wordt geleverd door ATP te splitsen in adenosinetrifosfaat (ADP) en fosfaat (P). Bij de splitsing van ATP in ADP en P komt energie vrij. Deze energie kunnen de cellen gebruiken om processen goed te laten verlopen.
Uit wat hierboven staat, kan afgeleid worden dat wanneer de cellen meer energie nodig hebben er ook meer ATP nodig is. Dit is met name het geval bij spiercellen. Om te kunnen bewegen moeten de spieren contraheren (samentrekken). Om sneller en krachtiger te kunnen contraheren, hebben de spieren meer ATP nodig.

Er ligt een kleine hoeveelheid ATP in de spieren opgeslagen
Per kilogram spierweefsel ligt er tussen de drie en acht mmol ATP opgeslagen. Deze hoeveelheid ATP levert genoeg energie om vier tot acht seconden zeer intensief te kunnen bewegen. Voorbeelden van zeer intensief bewegen is een 100 meter sprint, powerliften, of een sprint met wielrennen. Bij onder andere deze vormen van zeer intensief bewegen, levert de kleine hoeveelheid ATP onmiddellijke energie aan de spieren.
De spieren slaan niet meer ATP, omdat ATP een zeer groot molecuul is en de hoeveelheid ATP die een mens die dagelijks maar matig intensief beweegt ongeveer tussen de 50 en 60 kilogram ligt. Mensen die veel en intensief bewegen, zouden nog veel meer ATP op moeten slaan. Gelukkig kunnen mensen vetten, koolhydraten en eiwitten verbranden om vervolgens van de vrijgekomen energie weer ADP en P aan elkaar te koppelen en zo ATP te maken.
Ook is in de spieren een kleine hoeveelheid creatinefosfaat (CrP) opgeslagen. Bij de splitsing van CrP in creatine (Cr) en P komt energie vrij waarmee ATP gevormd kan worden.

Er ligt vier tot vijf keer zo veel CrP in de spieren opgeslagen als ATP
Per kilogram spierweefsel ligt er tussen de twaalf en 40 mmol CrP opgeslagen. Deze hoeveelheid CrP levert genoeg energie om acht tot twintig seconden zeer intensief te kunnen bewegen. Voorbeelden van zeer intensief bewegen is een 100 meter sprint, powerliften, of een sprint met wielrennen.
De voorraad CrP levert echter ook energie om in rust weer snel energie te leveren om vervolgens ATP uit ADP en P te vormen. Vooral bij sporten die gekenmerkt worden door zeer intensief bewegen, afgewisseld met rust, levert de splitsing van CrP in Cr en P energie om snel ATP te vormen. Voorbeelden van zulke sporten zijn voetbal, tennis, volleybal, maar ook krachttraining en bodybuilding.

Het vergroten van de hoeveelheid CrP in de spieren, verbetert de sportprestatie
Door de hoeveelheid CrP van de spieren te vergroten, kan langer intensief gesport worden en wordt de hoeveelheid ATP sneller aangevuld in rust. Hierdoor kan weer sneller intensief gesport worden. Door langer intensief te kunnen bewegen en weer sneller intensief te kunnen bewegen, is er een voordeel in wedstrijdsituaties.
Tijdens trainingen herstelt het lichaam ook sneller en kan sneller en langer intensief bewogen worden. Hierdoor wordt de trainingsprikkel groter en kan men sneller trainingsprogressie boeken.
De hoeveelheid CrP van de spieren kan vergroot worden door het voedingssupplement Creatinemonohydraat. Creatinemonohydraat is een veilig en goedkoop voedingssupplement wat oraal wordt gebruikt. Er bestaan twee doseringsprotocollen van Creatinemonohydraat:

  1. Ongeveer een week lang vier tot vijf doseringen van vier tot vijf gram per dosering (in totaal twintig gram per dag). Na deze week een onderhoudsdosering van vijf gram per dag
  2. Direct starten met vier tot vijf gram Creatinemonohydraat per dag gebruiken

Er wordt aangeraden om Creatinemonohydraat niet langer dan zes weken te gebruiken. Er zijn geen ernstige bijwerkingen bekend van Creatinemonohydraat. Wel kunnen spierkrampen optreden. Spierkrampen treden waarschijnlijk op, doordat men intensiever kan trainen. Ook kan een gewichtstoename (door het vasthouden van vocht) van een tot twee kilo optreden. Verder wordt aangeraden om Creatinemonohydraat in te nemen met vruchtensap en geen cafeïnehoudende producten (koffie, thee, red bull, bullit, monster, cola, chocolade) te gebruiken als Creatinemonohydraat wordt gebruikt. Cafeïnehoudende doen de werking van Creatinemonohydraat geheel teniet.

Bronnen:

William D. McArdle, Victor L. Katch, & Frank I. Katch (2014) Exercise Physiology, Nutrition, Energy, and Human Performance, LWW Philadelphia