Kinderpsychiatrie, de normale ontwikkeling van het kind

Naast volwassenen, kunnen ook kinderen te lijden hebben onder psychiatrische aandoeningen. Voorbeelden van psychiatrische aandoeningen die veel bij kinderen voorkomen zijn autisme, ADHD, PDD-NOS, slaapproblemen, eetproblemen, depressie en gedragsproblematiek. Alvorens men kan inschatten of een kind te leiden heeft onder een psychiatrische aandoening, moet men weten wat de normale ontwikkeling is van een kind. Zonder die gegevens kan men niet inschatten of bepaald gedrag afwijkend is.

De ontwikkeling in het eerste levensjaar

In het eerste levensjaar maakt het kind een snelle intellectuele en motorische ontwikkeling door. In een korte tijd leert het kind veel. Belangrijke onderwerpen waarvan in het eerste levensjaar de basis wordt gelegd zijn;

  • Het zien van tijdsverbanden
  • Veel voorkomende voorwerpen
  • De relatie tussen oorzaak en effect

In het eerste levensjaar ontwikkeld het kind een vast patroon van eten en slapen. De ontwikkeling van een sterke emotionele band met de ouders wordt gevormd.

Er zijn ook bepaalde tijdspunten in het eerste levensjaar. Enkele voorbeelden daarvan zijn; rond een leeftijd van 7 maanden kan het kind zitten en rond de leeftijd van 8 maanden laat het kind stress zien wanneer het verlaten wordt door de ouders en wanneer het in contact komt met vreemden.

De ontwikkeling van het tweede levensjaar

In het tweede levensjaar maakt het kind een ontwikkeling door waarbij het de omgeving gaat ontdekken. Daarbij wordt door het kind ook geleerd dat er grenzen zijn in wat wel en niet mag. Deze grenzen worden door hun ouders aangegeven. Het kind leert in het tweede levensjaar ook te lopen wat meer opties biedt voor de ontdekkingstocht waar ze in zitten. In deze periode van ontwikkeling van het kind, zie je dat kinderen niet zomaar alles meer doen wat hun opgedragen wordt. Ze kunnen bepaalde dingen gaan weigeren te doen en frustratie laten zien. In het tweede levensjaar wordt meestal begonnen met de zindelijkheidtraining. Met de leeftijd van 14 maanden kunnen de meeste kinderen al enkele stappen zetten. Wanneer ze 20 maanden oud zijn kunnen ze vaak buiten het dada en mama al 3 andere woorden zeggen.

De ontwikkeling van het 2e t/m het 5e levensjaar

In deze fase van het leven van het kind zie je dat ze opnieuw een snelle intellectuele ontwikkeling doormaken. Ook maakt de ontwikkeling van taalgebruik een snelle ontwikkeling door. Het is de levensfase waarin kinderen veel vragen stellen. Tijdens deze levensfase maken ze nog tal van andere ontwikkelingen door. Hieronder staat een kort overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen:

  • Hun motoriek gaat snel vooruit
  • Ze leren meer sociaal te zijn en minder gericht op zichzelf te zijn
  • Ze leren om in het gezinsleven te delen
  • Continentie wordt bereikt
  • Ze leren het verschil tussen de verschillende geslachten
  • De normen en waarden van de ouders worden geobserveerd
  • Ze worden meer zelfbewust
  • Ze krijgen een levendige fantasie wat zich uit in denkbeeldig spelen
  • Tijdens het spelen leren ze om te gaan met relaties met andere kinderen en volwassenen, ze ontdekken verschillende voorwerpen en hun motoriek wordt beter

De ontwikkeling in de latere kinderjaren

Wanneer kinderen naar school gaan, leren ze sociale relaties op te bouwen. Hun vaardigheden gaan vooruit. Hun kennis neemt nog meer toe. Ze leren ideeën kennen over wat goed is en wat kwaad is. Naast de invloed die het gezinsleven op hun leven heeft, komt daar nu de invloed van school bij. Hun zelfwaarde wordt meer ontwikkeld en ze leren daarbij dat ze in bepaalde activiteiten minder goed zijn dan leeftijdsgenootjes.

De ontwikkeling van de adolescentie

Deze levensfase betreft de levensfase waarbij het kind tussen het kind-zijn en de volwassenheid in zit. Er vinden in deze levensfase veel veranderingen plaats onder andere op het lichamelijke, psychoseksuele en sociale vlak. Adolescenten kunnen rebels gedrag vertonen met name naar de ouders toe. Hieronder volgt een overzicht van veelvoorkomende gedrag in de adolescentenfase:

  • Seksuele problemen
  • Crimineel gedrag
  • Relatieproblemen
  • Overmatig alcohol gebruik
  • Experimenteren met drugs

Dit veel voorkomend gedrag in de adolescentenfase kan in combinatie met de emoties die bij dit gedrag horen, het onderscheid tussen normaal gedrag en psychiatrische aandoeningen moeilijk maken.

Bronnen:

Michael Gelder, Richard Mayou and John Geddes, (2003) Psychiatry, Oxford University Press, Oxford